DE BROHOLMER

Broholmerkennel Pago Threant

Rasinformatie

Geschiedenis

De basis van de Broholmer werd al gelegd in de vroege middeleeuwen. Vikingen uit Denemarken brachten mastiffachtige honden mee van hun rooftochten en handelsmissies. Deze honden werden onderling en met hun eigen honden gekruist. Hieruit ontstond een grote hond die gebruikt werd als drijver en bewaker van vee, waakhond en als jachthond bij de jacht op groot wild. Door de jaren heen bleven de voorlopers van o.a. de Engelse Mastiff en Duitse Dog het ras beïnvloeden (en vice versa).

De Deense adel onderhield contact met diverse andere adellijken in de rest van Europa. Honden werden vaak onderling als geschenk gegeven en ingekruist in de eigen honden. Na lange tijd een van de meest veelvuldig voorkomende type in Denemarken te zijn ging dit type hond in de 19e eeuw in aantal gestaag achteruit.

Oud koning zoo

De koninklijke jachtopziener Sehested ging zich voor het ras inzetten en mede dankzij zijn werk werden de aantallen groter en het type meer vastgelegd. Aan hem dankt de Broholmer ook zijn naam. Sehested woonde op het landgoed Broholm en de honden werden in de loop der tijd hiernaar vernoemd. Voorheen was het type ook wel bekend als de 'Gammel Dansk Hund' wat 'oude Deense hond' betekend. Op het landgoed Broholm wordt nog steeds jaarlijks de grootste Broholmershow gehouden. Ook het Deense koningshuis heeft lange tijd Broholmers gehouden. Koning Frederik VII heeft diverse Broholmers gehouden en noemde deze steevast 'Tyrk'. Een van deze honden werd in opdracht van de koning na zijn dood opgezet en is nu al meer dan honderd jaar onderdeel van de collectie van het zoologische museum in Kopenhagen. Pas in 1974 kwam de Broholmer weer in belangstelling van de Deense kennelclub en werd begonnen met inspanningen om het ras te behouden / reconstrueren. Helaas was er toen nog maar één exemplaar uit het stamboek aanwezig. Dit exemplaar bleek helaas niet meer bruikbaar voor de fok. Hierop ging men door Denemarken op zoek naar stamboomloze exemplaren welke voldeden aan het rasbeeld. Deze zoektocht leverde een klein aantal honden op welke voldeden aan het type en bruikbaar waren voor de fok. De zoektocht door Denemarken leverde echter ook enkele zwarte exemplaren op. Historisch onderzoek wees uit dat ondanks dat de zwarte kleur niet is toegestaan in de standaard uit 1886 er af en toe zwarte pups werden geboren. Deze werden vaak opgekocht voor bewakingsdoeleinden bij het pretpark Tivoli. Ook deze honden werden in het fokprogramma gebruikt. In 1982 werden de inspanningen beloond en werd het ras erkend door de FCI. De rasstandaard uit 1886 werd hierbij overgenomen met als enige toevoeging dat de kleur zwart nu wel was toegestaan. Dankzij het fokbeleid waarbij streng werd gekeken naar de gezondheid en het karakter van de honden is het ras in veiliger vaarwater aangekomen. Het totale bestand is nu ongeveer 800 exemplaren. Het merendeel wordt nog steeds in Denemarken gehouden. Sinds 1999 zijn er kleine aantallen naar het buitenland geëxporteerd waaronder ook Nederland. Op dit moment zijn er ongeveer 35 Broholmers in Nederland.

Uiterlijk en karakter

ivarrDe hedendaagse Broholmer is een grote maar ook atletisch gebouwde hond. De reuen hebben een schofthoogte van ongeveer 75 cm bij een gewicht van 55 tot 70 kg. De teven zijn ongeveer 70 cm en wegen tussen de 45 en 60 kg. De honden komen voor in 3 kleurslagen, rood, geel met zwart masker en zwart. De zwarte kleur komt nog steeds weinig voor. De Broholmer is vriendelijk voor mensen en andere dieren. De honden zijn echter wel waaks maar mogen hierbij niet agressief zijn. Ze zijn graag in de nabijheid van hun eigenaren, het zijn geen honden om een hele dag in een kennel te huisvesten. De reuen kunnen soms intolerant zijn naar andere volwassen reuen. Het is belangrijk om een Broholmer goed te socialiseren zodat het evenwichtige honden worden. De opvoeding kost niet heel veel moeite, het zijn echter geen honden die eindeloos een oefening willen herhalen. De gemiddelde leeftijd waarop een Broholmer komt te overlijden is ongeveer 10 jaar. Een Broholmer heeft een gemiddelde behoefte aan beweging, naast de dagelijkse uitlaatbeurten gaan ze ook graag mee naast de fiets. Een flinke wandeling in het bos staat ook hoog op het verlanglijstje van een Broholmer.

Gezondheid

Heup- en elleboogdysplasie komen bij alle grote rassen voor dus ook bij de Broholmer. Het aantal honden met ernstige problemen op dit gebied is echter niet zo groot als bij andere populaire rassen. Om te mogen fokken met je Broholmer moet de hond een score van A, B of C hebben voor de heupen. In Denemarken krijgen de honden ook een puntenscore voor de heupen. Deze score wordt per hond berekend aan de hand van de heupscore van ouders en nestgenoten. Voor een dekking tussen 2 Broholmers moet de gemiddelde score van de honden op 100 uitkomen. Een hond met C-heupen zal over het algemeen een score hebben van minder dan 100. Hiervoor moet dus een andere hond gebruikt worden met een score boven de 100 (en A-heupen) om op een goed gemiddelde uit te komen. De score van de ellebogen moet 0 of 1 zijn.

Daarnaast komt allergie af en toe voor bij de Broholmer en sinds een paar jaar is er helaas ook een hartafwijking gevonden in het ras. Tegenwoordig worden alle honden getest op hartafwijkingen voordat ze gebruikt worden voor de fok. Dit is dus belangrijk om te weten als u een pup wilt aanschaffen, of er wordt gefokt volgens de regels van de Deense vereniging en of de dieren vrij zijn van hartafwijkingen. Naast gezondheidsonderzoeken worden de honden in Denemarken getest voor hun gedrag. Alleen honden die voor deze gedragstest slagen, mogen gebruikt worden voor de fok. Aangezien wij dit erg belangrijk vinden, fokken wij ook met honden die geslaagd zijn voor deze test. Ook Saga heeft de test met goed gevolg afgelegd. Ook moeten de honden waarmee gefokt wordt volgens de Deense Broholmer vereniging miminaal 1x een ZG behaald hebben op een Deense show onder een rasspecialist. Saga heeft in het verleden nog een exterieurkeuring gehad en is op deze manier nog goedgekeurd voor de fok. Voor Ymir zullen we (hopelijk) eenmalig meedoen in Denemarken aan een show.

Aanschaf en fok

ivarrHet aantal Broholmers is nog steeds zeer gering, en ook in Nederland wordt maar af en toe een nestje geboren. De aanschaf van een Broholmer is niet eenvoudig, niet alleen omdat er in Nederland niet veel gefokt wordt maar ook omdat de importregels sinds begin 2015 zijn veranderd. Als je een pup importeert, ongeacht uit welk land, geldt de wettelijke verplichting van een rabiës-enting. Een pup kan echter pas met 12 weken geënt worden tegen rabiës en vanaf de dag van enting geldt er nog een wachttijd van 3 weken. Een pup uit het buitenland kan pas met 15 weken naar Nederland komen. Helaas vinden veel Deense fokkers dit te omslachtig en verkopen de pups liever binnen Denemarken. Sommige fokkers in andere landen willen nog wel eens pups naar Nederland exporteren. En heel af en toe worden er dus pups in Nederland geboren maar de aanschaf van een Broholmer kan dus lang gaan duren.

Volg ons ook op

© 2015 broholmer.org links